Reisverslag van een van onze reisbegeleiders
Kungfu in het land van de keizers
Een land, zo divers in haar prachtige natuur, haar heerlijke keuken, haar onbuigbare discipline, waar je je snel thuis voelt door de bijzonder vriendelijke en vooral nieuwsgierige mensen.
Loop je over straat, dan kun je aangesproken worden door een jonge Chinees die je vragend aankijkt 'do you speak English?'. Je aarzelt even, want je denkt 'nee, niet een verkoper...', toch zeg je 'yes, I do', waarna de student - zo blijkt - gretig naar je opkijkt en snel z'n verzoek neerlegt: 'Do you want to talk to me? I want to practise my English'. En zo loop je een paar minuten door een Chinese stad met een leergierige student naast je die je de oren van je hoofd vraagt, meteen gevolgd door een vraag over de juistheid van zijn grammatica, uitspraak of woordkeus. De meeste jongeren zijn zo leergierig. Zo bereid om Engels te leren en zo geïnteresseerd in andere culturen. Je zult het ervaren in de nachttrein. 'Waar ligt Nederland?', 'Hebben jullie een koning?', 'Jullie reizen rond? Zomaar??!' en altijd eindig je met 'Van Basten?' 'Jaaaaa! Die kennen we wel!'
De start in Beijing is gelijk goed: een fantastische kennismaking met China. De parken met zingende, sportende, dansende, mediterende Chinezen meedoen!; De Verboden Stad met haar recente geschiedenis en de geheimzinnige ondergrondse gangen waarover spannende verhalen de ronde doen, een spectaculaire acrobatenshow, de kunstzinnige wijk 798 ArtDistrict en uiteraard? Peking Eend! Ja, echt lekker! Je onderbreekt Beijing met 2 dagen fysieke inspanning op De Muur. Werkelijk onbeschrijfelijk mooi. Vooral omdat je de tweede dag de kans krijgt over een minder toeristisch gedeelte te lopen en de grootsheid te ervaren van dit wereldwonder, omgeven door adembenemend uitzicht.
Na een bezoek aan het terracottaleger in Xi'an en daar geproefd te hebben van de lokale dumplings, gaat de reis verder door Tibetaans grensgebied. Dit gebied heeft mijn hart gestolen. De eindeloze hoogvlaktes, de graslanden, de monniken, de moslimthee, het gevoel van ruimte, rust en wéér die vriendelijkheid. Ik weet het niet, het heeft iets speciaals, iets wat ik moeilijk onder woorden kan brengen.
Na een bezoek aan de panda's in Chengdu vlieg je naar het meer vruchtbare zuiden alwaar een diversiteit aan groene kleuren je doet duizelen. Je kunt hier prachtig wandelen, maar ook van een busreis is het genieten. Vlak voordat je naar Shanghai gaat, verblijf je nog 3 dagen in wat eigenlijk het 8e wereldwonder heet: het karstgebergte in het zuiden van China, boven Vietnam. Een bizar gebergte dat menigeen inspireert tot het maken van een prachtig schilderij, het schrijven van een verhaal of het uitzetten van een indrukwekkende boot- of fietstocht.
Dus nee, China is niet vies, onverstaanbaar, griezelig of anderszins onbereikbaar: Het is er geweldig!